De Kloof tussen onderbuik en Grachtengordel

Een kloof? Een tweedeling is het, tussen de ontevredenen – de onderbuik -  en de rest, die voor het gemak allemaal tot de grachtengordel worden gerekend.

Zoals ik en waarschijnlijk u, lezer van dit stuk.

Ik reken mijzelf tenminste niet tot de ontevredenen. En ik probeer genuanceerd te blijven in de beschouwing van de grote problemen van deze tijd. Ook twitter ik niet. Verder is niets menselijks mij vreemd: ik vloek soms hartgrondig als dingen niet lukken, maar – terwijl ook mijn pensioen steeds gekort wordt – voel ik mij nog altijd een ‘lucky bastard’! Feit is dat de samenleving steeds sneller aan veranderingen onderhevig is. En dat maakt veel mensen onzeker. Voortdurende onzekerheid is geen conditie die ons ‘lekker’ ligt.

En het raakt vooral de mensen, die sowieso moeite hebben om overeind te blijven in de ratrace behorende bij dit neoliberale tijdperk. De verliezers moeten zich dat zelf aanrekenen, volgens minister president  Mark Rutte.

‘Eigen verantwoordelijkheid eerst’ is het motto, want het ‘pamperen’ is over: ‘de overheid is immers geen geluksmachine’. En dan is het zuur als je te horen krijgt dat je tot je 67ste of 81ste moet doorwerken, ook als je geen werk hebt en slechts een vaag uitzicht op een ‘verzekerde oude dag’. Want het moet wel allemaal betaalbaar blijven, hè. De onzekerheid treft nu ook steeds meer delen van de traditionele middenklasse van goedgeschoolde werknemers uit de financieel-administratieve en dienstensector. Al met al een ernstige bedreiging voor de stabiliteit van ons tot voor enige jaren toch zo prettige samenzijn. Van de ‘onderbuik’ wordt door de ‘grachtengordel’ gewoon verwacht dat zij aardig zijn tegen de nieuwkomers in hun buurt: vreemde lotgenoten met ‘rare’ gewoonten, maar ook concurrenten op de krappe arbeids- en woonmarkt.

Het kapitaal tikt verlekkerd af, want er is een overvloed aan goedkoop voetvolk: zzp’ers, nieuwe, jonge en oude Nederlanders, die geen lid (meer) zijn van een vakorganisatie of een politieke partij en onbekend met, of vervreemd van, een begrip als solidariteit. Kassa!

Gerard Hoekmeijer

——————————————————————————————————————————